Wetenschap: Luis en vlo krijgen het benauwd

Natuurnieuws
Wetenschap: Luis en vlo krijgen het benauwd

Mutsen, sjaals en vaker met zijn allen binnen zitten, met de verwarming aan. In de winter hebben luizen net iets meer kans zich te verspreiden door een school dan in de andere seizoenen. Maar ze blijken toch niet álle binnenomgevingen even prettig te vinden. Dat blijkt uit onderzoek van Amerikaanse biologen, naar vachtparasieten van kleine woestijnmuisjes.

Die muisjes verblijven graag in ondergrondse holen, waar ze langdurige slaapjes houden. Daarbij ademen ze – net als mensen trouwens – zuurstof in en koolstofdioxide uit. Langzaamaan lopen daardoor de hoeveelheden koolstofdioxide in de lucht in hun holletjes op, zeker als die niet geventileerd worden. De muizen zelf kunnen daar goed tegen, wisten de onderzoekers al, maar zouden de vlooien en luizen in hun vacht die muffe lucht niet vervelend vinden?

Dat bleek inderdaad zo te zijn. Vlooien werden slomer, gingen eerder dood en legden minder eieren in omgevingen met veel koolstofdioxide. Voor de slapende muizen is dat ideaal: die hebben daardoor minder last van vlooien. Maar vlooien die op een dier zitten dat toevallig in een muf hol verdwijnt, staan dus voor een nare verrassing.

Hoewel ook mensen niet direct zelf veel last hebben van een beetje extra koolstofdioxide in de lucht, is het hermetisch afsluiten van een klaslokaal als antiluizenmiddel toch niet zo’n goed idee. Frisse lucht is belangrijk voor concentratie, voorkomt dat het te vochtig wordt en schadelijke schimmels een kans krijgen. Lekker blijven ventileren dus! Er zijn gelukkig voldoende andere manieren om luizen te bestrijden.

foto Jeroen Scharroo door
Jeroen Scharroo